Deserted streets with an old story. The once stately houses pass by in the reflection of our car mirrors. They look lost, as if a disaster had taken place and everything was hastily left behind. However, the reality is different. No adversity, but a struggle of years between residents and the municipality of Beveren is the cause of all problems. The conflict has been going on since the 60s, when there were plans to expand the port of Antwerp. Half a century later, almost nobody lives there anymore.
Until 1977, Doel was an independent municipality with 1300 inhabitants. Forty years later it still had 359 inhabitants and in 2013 only 28. The survivors are often elderly people, born and raised in Doel and determined not to leave the village. Despite their earlier determination, many of them are moving now.
Not only their household goods, but also their deceased loved ones are coming along, for fear that the graves will disappear. In addition to a few inhabited homes, the church of Doel also endured the chronic decline.
We cruise the streets with disbelief, falling from one surprise to the other. Once you get out the car, it becomes more and more remarkable. Warning signs are all over the place, indicating measures against vandalism and harassment of residents. At the village boundary there are two barriers that close at night to keep out unwanted visitors. Empty streets full of defaced and partly fallen into ruins houses appear before us. Windows smashed, the facades adorned with graffiti. A glimpse through broken glass shows a backdrop of broken TVs and weathered wallpaper. There is always a poster on the windows that the building is occupied. Red geraniums in the planter or porch give the houses some decoration. In the background, the cooling towers of the nuclear power plant hum. A small group of people still live in Doel. Some of them are still committed to preserving their city. Banners and signs with emotional cries for this can be found in the city.
Despite the warning signs, our curiosity finally wins. We enter a garage box, with the mutual agreement that we do not touch or change anything. It's dark inside. Nature dominates. Plant strands have crept through the corrugated sheet roof. The little light is outcast by them. Unbelievable that it has ever been used. It seems like a lifetime ago. At the rear of the building an opening opens into a courtyard behind a former gas pump.
Time stands still here ...
Verlaten straten met een reeds decennia oud verhaal. De eens statige huizen trekken voorbij in de reflectie van onze autospiegels. Ze staan er verloren bij, alsof er een ramp heeft plaatsgevonden en alles in allerijl is achtergelaten. De realiteit is echter anders. Geen tegenspoed, maar een jarenlange strijd tussen bewoners en de gemeente Beveren is de oorzaak. Het conflict speelt al sinds de jaren 60, toen er plannen waren voor uitbreiding van de Antwerpse haven. Een halve eeuw later woont er bijna niemand meer.
Tot 1977 was Doel een zelfstandige gemeente met 1300 inwoners. Veertig jaar later had het nog 359 inwoners en in 2013 slechts 28. De overblijvers zijn vaak op hoge leeftijd, geboren en getogen in Doel en vastberaden om niet uit het dorp te vertrekken. Ondanks hun stelligheid verhuizen veel van hen. Niet alleen hun huisraad, ook hun overleden dierbaren gaan mee, uit angst dat de graven verdwijnen. Naast enkele bewoonde woningen heeft de kerk van Doel eveneens het chronische verval doorstaan.
Met ongeloof doorkruisen we de straten, vallend van de ene verbazing in de andere. Eenmaal uit de auto gestapt wordt het alsmaar merkwaardiger. Waarschuwingsborden staan kriskras door Doel, wijzend op maatregelen tegen vandalisme en het lastigvallen van bewoners. Bij de dorpsgrens staan twee slagbomen die ’s nachts sluiten om ongewilde bezoekers te weren. Lege straten vol bekladde en halve huizen ontwaren zich voor ons. Ramen ingegooid, de voorgevel opgesmukt met graffiti. Een glimp door gebroken glas toont een decor aan kapotte tv’s en verweerd behang. Op de ruiten steevast een affiche dat het pand bewoond is. Rode geraniums in de plantenbak of portiek schenken de woningen enige verfraaiing. Op de achtergrond brommen de koeltorens van de kerncentrale. Er woont nog een kleine groep mensen in Doel. Enkelen van hen zetten zich nog in voor het behoud van hun stad. Spandoeken en borden met emotionele kreten hiervoor zijn terug te vinden in de stad.
Ondanks de waarschuwingsborden wint onze nieuwsgierigheid het uiteindelijk. We enteren een garagebox, met de onderlinge afspraak dat we niets aanraken of veranderen. Binnen is het donker. Natuur overheerst. Plantenstrengen zijn door het golfplaten dak gekropen. Het weinige licht wordt door ze verschalkt. Onvoorstelbaar dat het ooit in gebruik is geweest. Het lijkt een mensenleven geleden. Aan de achterzijde van het pand mondt een opening uit in een binnenplaats achter een voormalige benzinepomp.
De tijd staat hier stil ...